Training helpt om gezonder te eten
Een gezond voedingspatroon en de juiste hoeveelheid training zijn de belangrijkste middelen om obesitas te voorkomen en te behandelen, maar we weten nog weinig over het verband tussen deze twee factoren. Een nieuwe studie laat zien dat een toename in fysieke activiteit gerelateerd is aan een verbetering van de kwaliteit van het voedingspatroon.
Mensen die proberen af te vallen hebben vaak veel vragen. Is het beter om eerst de voeding aan te passen en dan pas te trainen of andersom? En hoeveel effect heeft het een op het ander?
“Het begrijpen van de interactie tussen training en een gezond voedingspatroon kan preventieve en therapeutische maatregelen tegen obesitas verbeteren.” legt Miguel Alonso-Alonso uit. Alonso-Alonso is onderzoeker op Harvard University (VS) die veel heeft gepubliceerd over het onderwerp.
De gegevens van epidemiologische studies geven aan dat positieve veranderingen van in het voedingspatroon en de juiste hoeveelheid training vaak hand in hand gaan. Bovendien is een toename in fysieke training gerelateerd aan een evenredige toename in kwaliteit van voedingspatroon.
Training heeft ook andere voordelen, zoals een toename in gevoeligheid voor fysiologische signalen van verzadiging. Dit betekent niet alleen dat de eetlust beter onder controle kan worden gehouden, maar het verandert ook de reacties op voedingsprikkels zoals geur en (verwachte) smaak zodat eetbuien minder voorkomen. Training heeft dus korte termijnvoordelen die de stofwisseling direct beïnvloeden, maar ook lange termijn voordelen waarbij het gedrag wordt veranderd.
“Fysieke training lijkt een gezonde leefstijl aan te moedigen, wat tot betere resultaten leidt. Wanneer training wordt toegepast in combinatie met een voedingsprogramma gericht op verbetering van de lichaamssamenstelling, is de behandeling van obesitas meer succesvol en houdt men vast aan het voedingsprogramma.” zegt Alonso-Alonso.
De auteurs van de studie benadrukken het belang van het stimuleren en beschikbaar maken van sport en training voor de bevolking. Het zou beschikbaar moeten zijn op zowel scholen als in een stedelijke omgeving of ons dagelijks leven door bijvoorbeeld meer gelegenheid te geven om te wandelen maar ook door sportfaciliteiten.
Voeding en fysieke activiteit vallen onder de noemer gedrag en staan daardoor onder controle van cognitieve processen die veroorzaakt worden door activiteit in verschillende regio’s in de hersenen. Voorgaande studies hebben de veranderingen in de hersenen en cognitieve functies in relatie tot training vastgelegd. regelmatige training veroorzaakt veranderingen in de werking en structuur van de hersenen.
De onderzoekers wijzen erop dat: “Training zorgt ervoor dat mensen impulsen die aanzetten tot ongezond eetgedrag steeds beter kunnen onderdrukken, wat ons beter in staat stelt om verleidingen, waaraan we in een maatschappij waar voedsel continu beschikbaar is, te weerstaan.
Bron: Medical Xpress
Referenties:
Geef een reactie